Verkoudheid, griep, buikgriep… Hoe ermee omgaan bij diabetes type 1?

Datum
Delen

Bij diabetes type 1 komen elke dag heel wat uitdagingen kijken, zoals wintervirussen. Een gewone verkoudheid, een griep of een buikgriep vragen om enkele voorzorgsmaatregelen.   

Het lichaam in verdedigingsmodus

Elke ziekte, hoe onschuldig ook, heeft een impact op het lichaam. De ziekte veroorzaakt een gevoel van stress, waardoor het lichaam hormonen gaat aanmaken. Omdat het lichaam energie nodig heeft om op de aanval te reageren, hebben de aangemaakte hormonen eerder de neiging om de bloedsuiker te doen stijgen, vooral bij koorts.

Twee mechanismen zijn verantwoordelijk voor die  hyperglykemieën: het eerste is gluconeogenese, ofwel de aanmaak van glucose. Het tweede is insulineresistentie. Het is belangrijk om te weten dat die periode van verhoogde behoefte aan insuline kan beginnen voor de eerste symptomen van de ziekte optreden.

Dit betekent concreet dat wanneer iemand met diabetes type 1 ziek is, de glycemie stijgt en de dosis insuline moet worden verhoogd om aan die tendens tegemoet te komen. Vaak is het nodig om de dosis basaal insuline te verhogen in overeenstemming met de insulinebehoefte, vooral bij hoge koorts. Zodra de ziekte over is, raakt de insulinebehoefte weer genormaliseerd en moeten de doses insuline opnieuw worden verlaagd om hypoglycemieën te voorkomen. Voor de maaltijden is het verstandig om bij verminderde eetlust de dosis insuline die wordt toegediend bij etenstijd te verminderen. De inspuiting kan dan aan het eind van de maaltijd worden toegediend. Op die manier kan namelijk rekening worden gehouden met de werkelijk ingenomen hoeveelheid koolhydraten.

Als de ziekte daarnaast aanleiding geeft tot braken of diarree, zoals in het geval van buikgriep, is het risico bij diabetes vooral hypoglycemie, door de beperkte voedselinname.

Hydratatie en inname van calorieën

Wanneer je ziek bent, moet je altijd oppassen voor uitdroging, en vooral als er sprake is van hoge koorts. Met diabetes type 1 moet je extra waakzaam zijn: hyperglycemie en het verlies van suiker in de urine (glucosurie) werken uitdroging in de hand. Bij diarree of braken is het aan te raden om suikerhoudende dranken te drinken, behalve bij buikgriep. Ook frisdrank mag worden gedronken. Zo zorg je voor de nodige calorieën en voorkom je vasten, wat schadelijk is en de kans op misselijkheid en braken verhoogt. Om spijsverteringsproblemen tegen te gaan, kan je dan wel beter je frisdrank drinken zonder prik. Vasten moet zo veel mogelijk worden vermeden omdat het de productie van aceton bevordert als je ziek bent. 

Bij koorts, gebrek aan eetlust en/of braken loopt iemand met diabetes type 1 een verhoogd risico op ketotische decompensatie (hyperglycemie met productie van aceton). Het is dan belangrijk om het acetongehalte in het bloed of de urine (afhankelijk van het testmateriaal waarover je beschikt) nauwlettend te controleren en de aceton te neutraliseren met een extra dosis snelwerkende insuline.  

Enkele tips

Allereerst moet je een ziekte behandelen zoals je dat zou doen bij iemand zonder diabetes. Over het algemeen is diabetes geen contra-indicatie voor de geneesmiddelen die je kunnen worden voorgeschreven, zoals antibiotica of cortison, ook al heeft dit laatste een suikerspiegel verhogend effect. Met bepaalde glucosesensoren wordt wel het gebruik van paracetamol afgeraden. Wanneer je zelf aan de slag gaat met medicatie, is het beter om de voorkeur te geven aan suikervrije geneesmiddelen (siroop, keelpastilles, enz.) en advies te vragen aan een apotheker(es). Hij of zij kan je inlichten over eventuele contra-indicaties bij diabetes.

Denk eraan om voldoende te drinken en je glycemie wat vaker te controleren dan normaal. Let ook op voor insulineresistentie, een abnormale stijging van de glycemie die een verhoging van de doses insuline vereist om opnieuw te normaliseren. Het is daarbij goed om te weten dat insulineresistentie kan optreden voor de eerste symptomen. Raadpleeg bij twijfel een dokter. 

Als je ziek bent, is het in elk geval belangrijk om enkele eenvoudige tips toe te passen. Denk eraan om je glycemie om de 2 tot 4 uur te meten, of vaker indien nodig. Neem je insuline of je behandeling zoals gewoonlijk, tenzij anders bepaald door de dokter. Controleer regelmatig je temperatuur en geef bij verminderde eetlust de voorkeur aan vloeibare of halfvloeibare bronnen van koolhydraten (fruitcompote, yoghurt, enz.). Zorg voor een portie van 15 g koolhydraten per uur als je de juiste doses insuline hebt ingenomen. 

Diabetes en griep

Griep gaat meestal gepaard met hoge koorts, 39 tot 40 °C gedurende 3 tot 4 dagen, hoofdpijn, spierpijn, pijnklachten, ongemakken ter hoogte van de borst, droge hoest en ernstige vermoeidheid die tot 2-3 weken kan aanhouden. Vooral uitdroging, eetproblemen en het risico op een verstoring van de glykemische balans zijn dan belangrijke aandachtspunten. 

Doordat de weerstand tegen andere infecties afneemt, kan griep leiden tot andere ernstige complicaties, zoals een longontsteking. Aan iedereen met diabetes type 1 wordt aangeraden om zich jaarlijks preventief te laten vaccineren tegen griep.

Onschuldige aandoeningen zijn dus niet zo verschillend voor iemand met of zonder diabetes. Het is wel belangrijk om enkele reacties in het achterhoofd te houden om extra ongemakken te voorkomen. 

Onze aanbevelingen